Wel of geen tekstalternatief bij afbeeldingen

Wanneer je een tekstalternatief toevoegt bij beeld

Het WCAG-succescriterium 1.1.1 betekent voor jou in de praktijk dat je bij beeldcontent een tekstalternatief aanbiedt. Echter, dat hoeft niet bij elke afbeelding. Dat heeft alles te maken met de soorten van tekstalternatieven die de WCAG onderscheidt. Of überhaupt een tekstalternatief nodig is en wat de inhoud ervan moet zijn, hangt af van de context van het beeld. Optimale toegankelijkheid bereik je overigens als je verder kijkt dan de richtlijnen.

De WCAG onderscheidt twee smaken tekstalternatief: de functionele aanduiding (1) enerzijds en de inhoudelijke beschrijving (2) anderzijds.

1. (Functionele) aanduiding

Het tekstalternatief geeft dusdanige (minimale) informatie dat de lezer begrijpt wat de functie van de afbeelding is, op deze plek in de content. Vaak is dit een vorm van aanduiding. De lezer kan de content zo begrijpen en bedienen, maar er wordt niets vermeld over de voorstelling in de afbeelding, dus over dat wat er verbeeld is.

Voorbeeld: bij een knop die bestaat uit de afbeelding van een icoontje beschrijf je niet de voorstelling op die afbeelding (vierkant met pijltje erin dat naar buiten wijst). Je geeft als tekstalternatief wel: ‘Download’.

Zo’n tekstalternatief waarin je dus alleen de niet-tekstuele (beeld)content duidt, gebruik je in de volgende situaties of gevallen:

Tests- of toetsvormen

Tests- of toetsvormen, waarbij herkenning van de voorstelling in de afbeelding cruciaal is. Denk aan een spellingstest, waarbij de lezer in correcte spelling het woord dat is verbeeld in de afbeelding moet opschrijven of typen.  
Geef in dit geval een tekstalternatief dat het doel van de afbeelding duidelijk maakt; niet meer dan dat. Het advies is ook een variant op deze toets- of testopdracht aan te bieden die dezelfde kennis of vaardigheid toetst. Dedicon maakt al jaren dergelijke zogenaamde ‘didactische aanpassingen’ voor diverse partijen, waaronder het ministerie van OCW. Neem bij interesse contact op.

Content voor unieke zintuiglijke beleving

Kunstuitingen die een unieke zintuiglijke beleving willen bieden met inzet van een modaliteit (bijvoorbeeld visual art of een muziekperformance). Gebruik ook nu het tekstalternatief om zulk beeldmateriaal aan te duiden. Duiding betekent bijvoorbeeld informatie over de maker(s) en/of noemen van het gebruikte beeldmedium, zoals illustratie, foto of videostill.

Op tijd gebaseerde media (indien niet-decoratief)

Bij deze beeldcontent is ook een (functionele) aanduiding voldoende. Mits de content niet-decoratief is. Wat de WCAG als ‘decoratief’ beschouwt lees je verderop. Geef in het tekstalternatief aan dat er video- of audiomateriaal aanwezig is en vermeld de titel (voorbeeld: 'Videostill uit voorlichtingsvideo'). Zo weet de gebruiker direct wat er afspeelt bij het activeren van de video.  

Let op: bij op tijd gebaseerde media is het in de HTML-code vaak niet mogelijk om gebruik te maken van het alt-attribuut. De beeldcontent is feitelijk geen afbeelding is en dus is het <img/>-element en daarmee het alt-attribuut niet aan de orde. Maar je kunt de alternatieve tekst ook in een ander attribuut aanbieden, bijvoorbeeld in het title-attribuut of in het zogenaamde ARIA-attribuut.  

TIP: met goed gebruik van het title-attribuut sla je twee vliegen in één klap. Je voegt een tekstalternatief toe, maar ook de titel. Dit laatste is een eis die door een ander WCAG-criterium aan zogenaamde ‘ingesloten media’ wordt gesteld. Weer andere richtlijnen stellen dat je de inhoud van deze media in alternatief formaat zoals een transcript of audiodescriptie moet aanbieden.

Een tekstalternatief is een minimale vereiste. Je kunt de video ook nog een kop geven of via de omsluitende tekst duidelijk maken dat videomateriaal volgt.

Tot slot. Voor op tijd gebaseerde media gelden ook nog andere WCAG-richtlijnen.

CAPTCHA’s

Bij CAPTCHA’s dien je de niet-tekstuele inhoud aan te duiden. Gebruikers die de CAPTCHA niet kunnen waarnemen stuur je zo niet het bos in. Tot zo ver de richtlijnen. Als je CAPTCHA’s bovendien aanbiedt in verschillende modaliteiten ontstaat optimale toegankelijkheid. Meerdere tests dus die gebruikers de keuze geeft tussen bijvoorbeeld visuele content en audio-content.

2. Beschrijving inhoud afgebeelde = beeldbeschrijving

Het tekstalternatief geeft dusdanige informatie dat de lezer op de hoogte is van de voorstelling op de afbeelding. Ofwel, je gaat inhoudelijk op het afgebeelde in. De lezer krijgt zo de content compleet op zijn bordje en daarmee wordt het begrijpen van die contentinhoud mogelijk. Dat gaat een stap verder dan een functionele aanduiding. Dit tekstalternatief betreft de inhoud van de content; dat je die zo compleet en begrijpelijk mogelijk aan elke mogelijke lezer aanbiedt.

Dit kun je zelf gemakkelijk controleren. Haal de afbeelding voor jezelf ‘even’ weg en ga na of de boodschap van de content dan nog duidelijk is. De context waarin het beeld opduikt is dus allesbepalend in jouw afweging van het soort tekstalternatief dat gewenst is. Waarom (doel) staat juist dit beeld op deze plek (context) in jouw publicatie?

Deze tekstalternatieven, die dus beschrijven wat de afbeelding verbeeldt, laat zien of presenteert (de voorstelling: een bloementuin, een stroomschema, een Minion!), heten ook wel beeldbeschrijvingen. Die kunnen langer of korter zijn. De lengte hangt af van de hoeveelheid informatie in de voorstelling die relevant is om te melden. Relevant met het oog op het doel van deze afbeelding op deze plek in deze content. 

Geen tekstalternatief

In de volgende situaties is geen tekstalternatief nodig (WCAG):

Decoratieve content

Bij afbeeldingen die een decoratieve functie hebben hoef je helemaal geen tekstalternatief aan te bieden. In HTML laat je het alt-attribuut leeg (alt=""). In teksteditors of opmaakprogramma’s vink je bij de eigenschappen van de afbeelding aan dat het een decoratieve afbeelding betreft.

Het W3C beschouwt als decoratief:

  • Beeldcontent deel uitmakend van de visuele opmaak. Denk aan:
    - kleuren (als achtergrond, een kader vormend);
    - patronen (als achtergrond);
    - lijnen (inclusief kaders) om visueel de nadruk te leggen op tekst(blokken) en/of afbeeldingen of om dynamiek te creëren.
  • Afbeeldingen die deel uitmaken van een linktekst met als doel de link (beter) op te laten vallen of de link meer ruimte in te laten nemen (de lezer kan er dan makkelijker op klikken).
  • Afbeeldingen die ‘niks toevoegen’ omdat de begeleidende tekst al verwoordt wat op het plaatje staat. Voorbeeld: Een foto van een slapende hond bij de tekst ‘Geen slapende honden wakker maken is een bekend spreekwoord.’ Let op: indien de begeleidende tekst verwijst naar de foto zul je een (functionele) aanduiding als tekstalternatief moeten aanbieden.
  • Afbeeldingen duidelijk bedoeld als ‘eyecandy’. Denk aan een foto van de Eiffeltoren bij een zin als ‘De Eiffeltoren is een icoon van Frankrijk.’ Let op: indien de begeleidende tekst verwijst naar de foto zul je een (functionele) aanduiding als tekstalternatief moeten aanbieden.

Bedieningselementen

Tot slot hoeft niet-tekstuele content zoals bedieningselementen of invoerelementen (bijvoorbeeld formuliervelden of knoppen) geen tekstalternatief te bevatten. Deze icoontjes en symbolen bevatten doorgaans in de code al genoeg informatie over wat ze zijn (een knop) en wat de functie is (verzenden). Check wel of ergens in de code de functie van het bedieningselement duidelijk wordt.  

Voor aanvullende eisen bij bedieningselementen en content voor gebruikersinvoer is succescriterium 4.1.2 van de WCAG relevant.

Kijk verder dan de richtlijn

Wil je zorgdragen voor goede of zelfs optimale toegankelijkheid, volg dan niet alléén de criteria. Sommige afbeeldingen hoef je volgens de WCAG niet te beschrijven, maar jouw kennis van de content en doel daarvan vertelt jou iets anders. Gebruik dus zeker ook je gezond verstand en inlevingsvermogen om te bepalen of een alternatief in tekst een must is.

Beschrijf juist wel die ene pakkende foto, ook al beschouwt de WCAG dit beeld mogelijk als ‘eyecandy’ en dus decoratief. De reden? Het plaatje trekt de onmiddellijke aandacht: iedereen die het ziet glimlacht, praat erover. Echte inclusie betekent deelgenoot zijn van zo’n collectieve ervaring.

Andersom werkt eerdergenoemd dringend advies ook. Volgens de WCAG is een tekstalternatief soms gewenst waar dat in de praktijk overbodig is. Zo’n toevoeging kan dan storend en daarmee gebruiksonvriendelijk uitpakken. Neem de plaatjes behorend bij een rebus. Wil je die rebus echt ontsluiten dan zul je daar een toegankelijke variant op moeten aanbieden. Alleen zo bereik je het doel van deze content op deze plek. Je bent er dan dus niet met een (lange) beeldbeschrijving van de informatie in de voorstelling (de rebus).

De WCAG-richtlijnen hanteren een (noodzakelijke) werkbare definitie van ‘beeldmateriaal’. Maar beeld is uiteraard rijker dan dat. Het ene beeld is het andere niet, het ene beeldmedium is het andere niet. Er staat niet altijd wat er staat, in tegenstelling tot tekstcontent. De verantwoordelijkheid is groot bij wat je ‘uit’ een beeld ‘haalt’ en in een alternatieve tekst aan je lezerspubliek meegeeft. Dit besef is al het halve werk. Verder helpen duidelijke richtlijnen. Maar ook onze experts kunnen je verder helpen. Bijvoorbeeld met een bewustwordingssessie over Toegankelijk Beeld of een workshop Beeldbeschrijving.

Onze experts helpen je verder met toegankelijk publiceren

Bewustwording toegankelijk publiceren
In deze bewustwordingssessie leren medewerkers van uitgeverijen waarom digitale toegankelijkheid essentieel is, voor wie het bedoeld is en hoe mensen met verschillende leesbeperkingen toegang krijgen tot content. Zet de eerste stap met deze introductie in brontoegankelijk publiceren. Kom verder!
Trainingen Toegankelijk Publiceren
De experts van Dedicon delen graag hun kennis over het toegankelijk maken van tekst en beeld. Zo geven we workshops, webinars en trainingen. Over de toepassing van onze producten en diensten, maar ook hoe je zelf ervoor kunt zorgen dat teksten en beelden toegankelijk worden voor mensen met een beperking. Op maat, praktijkgericht en direct toepasbaar.
Advies op maat
Dedicon ondersteunt uitgevers met maatwerk in toegankelijk publiceren. Of dat nu gaat om een verdiepende training, een werksessie in huis, co-creatie of advies op maat. Geen vraag is ons vreemd! Kom verder!
banner met tekst OP DE HOOGTE BLIJVEN? Abonneer je op onze nieuwsbrief